woensdag 25 november 2009

Papa

Papa, ik lijk steeds meer op jou.
Een zin uit een prachtig, en vooral erg gevoelig liedje van Stef Bos. Het komt ineens bij me op als ik aan mijn vader denk. De laatste tijd realiseer ik me steeds meer dat ik niet alleen zijn ogen en scoliose heb geërfd, maar ook een flinke dosis karakter. Als er problemen zijn dan wil ik ze, net als hij, meteen oplossen. Als een dierbare niet helemaal blij is, doe ik net of het meevalt omdat ik het, net als hij, niet aankan en me veel te veel zorgen maak. Hij is rechtlijnig en ook over mij wordt vaak gezegd dat ik geen grijstinten ken. Genoeg voorbeelden van onze gelijkenissen.
Maar gisteravond werd het me toch nog eens extra duidelijk dat ik absoluut niet van de melkboer kan zijn. Mijn vader had duidelijk de riedel in de kont. Voor mensen die de riedel niet kennen; dat houdt ongeveer in dat je even geen rust in je lijf hebt, dat je niet weet wat je moet en dat je in de ogen van anderen onbenullige dingen doet die je zelf op dat moment heel belangrijk vindt. Dat dus. It takes one to know one, en ik knowde wel wat ik zag.
Hij moest en zou wat doen. Deze keer was het noodzakelijk om zijn nieuwe visjas te showen. Inclusief de nieuwe vishandschoenen. Na de modeshow en demonstratie van de capuchon met ingebouwde klep en de handschoentjes met afneembare topjes vanwege gepriegel met vishaakjes, verdween mijn vader even uit het gezichtsveld. We keuvelden rustig verder zonder ons verder af te vragen wat hij deed. Toen hij weer in de kamer kwam zei hij; 'er komt geen zuchtje wind doorheen'. Hij was maar even naar de supermarkt gefietst om het pak te testen. Waarom naar de supermarkt? Niet om iets te kopen, maar omdat het daar meer waaide. Logisch toch? Hij had er over nagedacht. Dat zou ik ook doen. En weg was hij weer. Naar boven. Toen hij weer beneden kwam had hij zijn sjieke pak aangetrokken. Hij moest even testen of het nog wel paste want hij was uitgenodigd voor een kerstdiner. Tja, zulke dingen kun je niet tijdig genoeg doen. Vind ik ook. En ja, dat moet je dan ook even showen natuurlijk. Zou ik ook doen. In je eentje is er niks aan. Logisch allemaal. Wel bij ons thuis.
Toch grappig, toen ik naar huis liep realiseerde ik me dat ik me nergens meer thuis voel dan bij mijn ouders. Omringd door mijn eigen genen. Niet bewust van al onze eigenaardigheden, zelfs een regendans in je blote kont in de tuin kan op een zeker moment heel normaal lijken. Alles zoals het altijd was en zoals het altijd zal zijn. De tekst moet niet zijn: papa ik lijk steeds meer op jou. Nee; "Papa, ik merk steeds meer hoeveel ik op je lijk" is veel toepaslijker. Het is een zinnetje dat me vervult met trots.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten