vrijdag 11 december 2009

Flink

Hij staat een beetje vertwijfeld te wachten. Met een bosje bloemen en een ballon in zijn hand. Lieve ogen, zachte wangen die nog niet zijn aangetast door de puberteit. Zodra ik hem zie, heb ik met hem te doen. Alsof ik meteen aanvoel hoe hij zich voelt. Best een beetje gek, aangezien er een televisiescherm tussen ons in zit en misschien ook wel maanden in de tijd.

Hij vertelt dat hij twaalf jaar is en dat hij op zijn vader staat te wachten. En dat hij gek is op Lego. Hij heeft wel twaalf dozen vol. Hij kiest altijd een poppetje en dat is hij dan zelf. Dat poppetje is nooit eenzaam, want hij heeft ook een hondje van Lego. De tranen beginnen langzaam te prikken achter mijn ogen.

Hij vertelt dat zijn vader naar Canada is geweest en dat hij daar waarschijnlijk gaat werken. Hij wil best emigreren naar Canada. Het lijkt hem leuk. Dan wordt duidelijk waarom ik voel wat ik voel. Hij wordt vaak gepest. Door de kinderen op school. Hij zegt dat hij te snel huilt. Ja, natuurlijk niet zomaar, maar omdat hij niet goed tegen de dingen kan die andere kinderen tegen hem zeggen. En dat die kinderen hem dan weer pesten omdat hij huilt.

Terwijl hij vecht tegen zijn tranen, stromen ze bij mij al lang over mijn wangen. Hij zegt dat hij hoopt dat de kinderen in Canada hem niet zullen pesten en dat hij hoopt dat hij daar dan wel gelukkig wordt. Terwijl ik mijn wangen droog, constateert hij vol trots dat hij deze keer niet gehuild heeft. Ik constateer dat ik even baal van de wereld waarin ik leef. Een wereld waarin kleine jongetjes van twaalf het liefst naar het andere eind van de wereld verhuizen omdat ze hier gepest worden door andere kinderen van twaalf.

Tegelijk voel ik me blij. Omdat hij niet gehuild heeft en zichzelf nu heel flink vindt. Omdat ik hem heel flink vind dat hij zijn verhaal vertelt. En omdat ik weet dat hij heel gelukkig gaat worden. Hier of in Canada. Zo'n lieve, stoere, flinke jongen vindt zijn weg wel.

zondag 6 december 2009

Inspiratiebron

Een blog-schrijver met een writers-block hoeft voor inspiratie niet in een depressie te raken of liefdesverdriet te ervaren. Ik weet het tovermiddel... Een bezoekje aan de sauna.
Afgelopen vrijdag was het zover. En niet om inspiratie op te doen, maar gewoon om lekker te tutten, te zweten en bij te komen. Heerlijk! Maar ja, als je daar dan toch bent, dient het inspirerende materiaal zich aan op een presenteerblaadje.
Zal ik gaan schrijven over alle situaties in je leven waar je beter niet teveel bij na kunt denken? Ik kwam zomaar op dat onderwerp toen ik mezelf aantrof in een Turks stoombad tussen allemaal (oude) naakte mensen die zichzelf (en ook ongevraagd anderen) insmeerden met Bildtse klei (die de overbuurman van de sauna-mevrouw van zijn boerenland haalde) en daarbij nét iets te dicht bij mijn nakende lichaam in de buurt kwamen.
Of zal ik het eens gaan hebben over gène? Of het gebrek daaraan? Toen een naakte vrouw met ongeveer 20 kilogram teveel aan lichaamsgewicht zich op nog geen 2 meter afstand zo diep bukte om een vriendin plagerig door het koude doorloopbad te loodsen dat ik haar amandelen bijna kon zien zitten terwijl ze me echt niet aankeek... werd ik me des te bewuster van mijn eige huivering bij het uittrekken van mijn badjas. Genant en ongegeneerd. Interessante woorden om eens nader op in te gaan... wie weet komt het er nog eens van in een volgend blogje.
Een onderwerp van heel andere orde zou kunnen zijn; schaamhaar. Altijd al een onderwerp dat me in meer of mindere mate heeft geboeid. En na mijn laatste sauna-bezoek vraag ik me daarover toch weer het een en ander af. Vooral omdat een vrouw, met de engste schaamhaar-dracht aller tijden, het ineens nodig vond om pardoes mijn gezichtsveld in te lopen terwijl ik rozig in een bubbelbadje hing. Ik kon er niet omheen... en vraag me nu toch echt af of je ook last van haaruitval kunt hebben in de schaamstreek. Wie het weet, mag het zeggen.
Tja, om dan nog maar te zwijgen over het interieur van deze sauna. Zelden een plaats gezien waar ik zo ontzettend graag mijn badjas áán had willen houden. Hoe verzin je het, overal spiegels!?
Ach, het was een heerlijk uitje. Met genoeg stof tot nadenken. En misschien stof tot schrijven...